Een goed geschreven en sterk onderbouwd opiniestuk is een krachtig wapen om je mening over een actueel onderwerp met een heel breed publiek te delen. Verschillende opiniemakers in ons land, waaronder Stijn Baert, Liesbet Stevens en Frederik Anseel, gebruiken de tekstvorm als een effectief middel om te wegen op het beleid. In principe kan elke CEO of expert in zijn of haar domein in de voetsporen treden van deze rolmodellen. Aan de hand van enkele concrete voorbeelden leggen we uit hoe je, net als Baert, Stevens en Anseel, een echte opiniemaker kan worden.

Liesbet Stevens, Stijn Baert en Frederik Anseel zijn echte merken in Vlaanderen. De media hangen aan hun lippen en delen gretig hun analyses met de brede bevolking. Waarom smult iedereen zo van hun kijk op de dingen? Simpel: Stevens, Baert en Anseel zijn meesters in het delen van heldere inzichten over complexe problematieken. Ze doen dit bovendien in mensentaal. Zo hebben ze zich doorheen de jaren opgewerkt tot belangrijke referenties in hun vakgebied. Puik werk, maar is het iets wat enkel weggelegd is voor pakweg professoren of topeconomen? Zeker niet: ook CEO’s en experts in grote en kleine bedrijven kunnen opiniemakers worden. Met enkele concrete voorbeelden als leidraad geven we vijf eenvoudige tips hoe je eraan begint.

1. Zoek nieuwswaarde

Je schrijft geen opiniestuk over het eerste beste onderwerp dat in je opkomt. Ga binnen je vakdomein op zoek naar onderbelichte (deel)onderwerpen of standpunten. Onderzoek (tegengestelde) meningen van concullega’s en formuleer voor jezelf in een vijftal zinnen jouw visie op de problematiek. Lees ook wat er in de media over wordt gezegd en geschreven. Een gouden tip: door te reageren op actuele nieuwsitems vergroot je de kans op publicatie van je eigen opinie. Liesbet Stevens van het Instituut voor Gelijkheid van Mannen en Vrouwen speelde bijvoorbeeld in op de 110e Internationale Vrouwendag. De nieuwswaarde zoeken in je expertise, daar draait het om. 

2. Probleem én oplossing

Een goed opiniestuk begint met volgende cruciale vraag: waarom schrijf ik dit stuk en wat wil ik ermee bereiken? Waarom is dit relevant in mijn vakgebied en bij uitbreiding voor de hele maatschappij? Spek je basisidee met argumenten die iedereen kan begrijpen. Denk ook na of je je specifiek tot één of meerdere personen wil richten om de aandacht te trekken. Je kan je opiniestuk of open brief bijvoorbeeld richten aan politieke beslissingsnemers, ‘de jongeren’, bepaalde actiegroepen, enzovoort. Zo deden Heidi De Pauw, CEO van Child Focus, en Sara Vercauteren, Managing Director van Bepublic Group, het bijvoorbeeld in februari in een vaak gedeeld opiniestuk in De Morgen.

Maak in de eerste paragraaf van je tekst ook meteen duidelijk welk standpunt je over het probleem inneemt en – belangrijk! – reik een of meerdere plausibele (deel)oplossingen aan. Toeteren dat iets verkeerd is zonder voorstel tot remedie maakt je een sympathieke dromer, maar zorgt er voor dat je bijdrage ongeloofwaardig blijft. 

3. Maak het licht verteerbaar

De derde gouden tip: gebruik geen vakjargon in je tekst. Moeilijke Engelse termen zonder bijkomende uitleg en ellenlange zinnen of irrelevante metaforen, doen lezers afhaken. Wil je vergelijken? Doe dat dan met een situatie die iedereen wel eens heeft meegemaakt. Schrijf lichtverteerbare zinnen. En hou het kort, want in de eenvoud toont zich de meester. Een opiniestuk in pakweg De Tijd telt zelden meer dan 800 woorden. Dat is maximum anderhalve Word-pagina. Een mooi voorbeeld? Deze column van Frederik Anseel over het hybride werken tijdens en na corona in De Tijd.

4. Durf écht stelling innemen

Wie de drie voorgaande tips in acht neemt, komt al een eind. Maar om echt een mooie publicatie in een nationaal medium te verzekeren, moet je een gedurfde positie willen innemen. Een opinietekst geeft je voldoende ruimte om – weliswaar zo genuanceerd als je zelf wil – je visie uit te dragen. Maar té politiek correct werkt niet. Als je overtuigd bent van je punt, moet je tegen schenen durven schoppen, zoals Stijn Baert deed in zijn oproep in mei 2020 om niet té mild te zijn voor de coronageneratie studenten

Wees je bewust van de impact die zo’n stuk heeft. Hoge bomen – en dus ook opiniemakers – vangen veel wind, op sociale media en via de traditionele kanalen. Zorg ervoor dat je klaar staat om de kritiek te pareren, of om je visie verder te nuanceren in praatprogramma’s of krantenartikels.

5. Hou het vol

Tot slot nog dit advies: geef niet op na één inspanning. Het is een cliché, maar velen haken af na één gelukte of mislukte poging. Daag jezelf uit om als mobiliteits-, retail- of arbeidsmarktexpert blijvend nieuwe ideeën en oplossingen te lanceren. Want pas zo word je een echte thought leader en zullen journalisten je zélf opbellen als ze je mening willen over een bepaald nieuwsitem. Een sterke reputatie in het publieke domein bouw je niet op met één welgemikt opiniestuk. Ook daar zijn de bovengenoemde opiniemakers het beste bewijs van!